E Buig je 2e, 3e, 4e en 5e vinger tot het 2e kootje van je vingers. Buig je duim over je handpalm.
F + 9 Richt je handpalm direct naar de lezer en spreid je vingers, anders lijkt dit op het OK teken.
G + klein Houd de 2e vinger en de duim ongeveer 5 cm van elkaar af, tenzij het item erg klein is of de lezer erg dichtbij is.
H Steek de 2e en 3e vinger uit. Houd de 4e en 5e vinger vast met je duim.